dinsdag 31 juli 2012


Cap de Formentor, Pollenca en Monasteri de Lluc
1e dagje met de auto op rit
31 juli. Vroeg op pad raden ze aan. Niet alleen omdat het erg warm wordt, maar ook vanwege de drukte op de wegen. Braaf als we zijn luisteren we hiernaar. Om half negen stappen we in de auto. Helaas moeten we nog even langs het autoverhuurkantoor, want Hans heeft daar zijn rijbewijs laten liggen. Gelukkig hebben ze het inderdaad gevonden. Dan op rit. 1e stop wordt Cap de Formentor. Het uiterste noord oost puntje van het eiland. Prachtige tocht hiernaar toe, door de bergen.
Schitterende uitzichtpunten. 
Bij het uiterste puntje aangekomen,kan je bij de vuurtoren parkeren. Geen plek voor veel auto’s overigens. 
We lopen hier even rond en rijden dan richting Pollenca. Op de terugweg van de kaap, zijn er veel tegenliggers. Pfff die kunnen daar nooit allemaal parkeren. Vroeg op pad was dus een goede tip. Aangekomen in Pollenca, kunnen we geen parkeerplaats vinden en rijden we door veel heel erg (te) smalle straatjes. Lijkt wel een leuk plaatsje. Enfin we rijden het stadje maar uit en gaan eerst naar het Monasteri de Lluc. Daar aangekomen blijken er busladingen mensen losgelaten te zijn. Er is wel plaats genoeg op het parkeerterrein. We parkeren en lopen naar de ingang van het klooster. Onze komst heeft de chauffeurs van de bussen doen besluiten gauw ervan door te gaan. Eén voor één zien we de bussen vertrekken. Mooi! Hebben wij de ruimte. 
Rondgelopen in het klooster, de basilique, het museum en de botanische tuin. Tja, die tuin…die zag mijn groene vingers (ha, ha…heb ik net zoveel mee als met winkelen) en alle bijzonder planten waren ineens verdwenen. Bij het klooster genoten van een kleine lunch. Toen weer in de auto en richting hotel, maar wel eerst nog eens langs Pollenca. En ja, deze keer komen we het stadje via een andere kant binnen en daar kunnen we wel parkeren. Stukje lopen naar het centrum, maar dat maakt niet uit. Het is een echt authentiek dorpje. 
Veel smalle straatjes en een gezellig centraal plein, Placa Major. Een “must” is het beklimmen van de 365 treden in het stadje naar de Calvariekapel.
Heerlijk in die hitte, maar we doen het toch. Kapel is niet veel, maar deze klim is toch wel bijzonder en we hebben er geen spijt van. 
Dan gaan we terug naar de auto en rijden we naar het hotel. Hans gaat lekker op het balkon zitten en Ronald en ik gaan nog een verfrissende duik nemen. Leuke dag gehad!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten